Wat hebben De serenade en De vrolijke drinker van Judith Leyster, het poëziealbum van Gesina ter Borch en een botanische tekening van Maria Sybilla Merian met elkaar gemeen? Behalve dat ze nu alle te bewonderen zijn in het Rijksmuseum – in de Eregalerij of in de tentoonstelling Vrouwen op papier – zijn ze ook allemaal verworven met steun van de Vereniging Rembrandt.

Naar een betere balans

Hoewel deze kunstenaars bij kenners bekend zijn, zijn hun namen voor het grote publiek nog steeds nieuw. In de historiografie zijn veel vrouwen als het ware uitgegomd, maar ze zijn er natuurlijk wel degelijk. Nu ook musea zich er in toenemende mate bewust van worden dat hun collectie en presentatie kan winnen bij meer inclusiviteit, worden de schijnwerpers gericht op het werk van vrouwelijke kunstenaars. Er verschijnen boeken over individuele kunstenaars, maar ook opvallend veel overzichten, zoals het recent verschenen The Story of Art Without Men van Katy Hessel, dat een correctie wil zijn op het klassieke, maar vrijwel vrouwloze The Story of Art door Ernst H. Gombrich. In tentoonstellingsagenda’s buitelen de exposities over vrouwen – alleen dan wel in groepen – over elkaar heen. Hoewel alle aandacht zeer terecht is, mag wel de vraag gesteld worden of het voortdurend uit- dan wel afzonderen van vrouwen in de kunst zal leiden tot een betere balans over de hele linie.

Ter Borch pagina uit het poeziealbum

Gesina ter Borch, Echtpaar dat elkaar te lijf gaat met een haardtang en een slipper, onder een gedicht over het huwelijk (pagina uit Gesina Ter Borchs poëzie-album), ca.1652 | pen en penseel op papier, verschillende kleuren inkt, licht opgehoogd met goud en zilver, 31,3 x 20,2 cm | Rijksmuseum, Amsterdam | gesteunde aankoop uit 1887

Inhaalslag

Ook in het Rijksmuseum wordt een inhaalslag gemaakt. Sinds maart 2021 richt het project ‘Vrouwen van het Rijksmuseum’ zich primair op onderzoek van de collectie en het inbedden van nieuwe kennis in het museale systeem. Met dat laatste bedoelen we niet alleen het aanvullen van onze collectiedatabase met relevante informatie, maar ook het bewustwordingsproces binnen het museum. Doen wij recht aan een evenwichtig verhaal over de kunst en geschiedenis van Nederland, of domineert hier het mannelijk perspectief? En hoe bereiken we een betere genderbalans en presenteren we een completere geschiedenis aan onze bezoekers? Dit gebeurt onder meer door nieuwe verwervingen, een aangepaste presentatie in het museum en een kritische redactie van onze etiketteksten bij de objecten.

Het voornaamste doel is duurzaamheid. De ervaring heeft geleerd dat tentoonstellingen vaak grote aandacht genereren, maar vaak wel van korte duur. Om die reden streeft het Rijksmuseum ernaar de informatie beschikbaar te maken in duurzame bronnen, waardoor het vrouwelijk perspectief een blijvende en vanzelfsprekende overweging wordt in alles wat het museum onderneemt.

Het project wordt financieel ondersteund door onder andere het nieuwe, speciaal opgerichte ‘Vrouwen van het Rijksmuseum’ Fonds.[1] Met deze steun konden we al twee onderzoekers aanstellen en kan ondergetekende zich vanaf 1 maart volledig aan de leiding van dit project wijden.

Judith Leyster de serenade

Judith Leyster, De serenade, 1629 | olieverf op paneel, 45,5 x 35 cm | Rijksmuseum, Amsterdam | gesteunde aankoop uit 1908

Drie pijlers

Het onderzoek bestaat uit drie pijlers. Allereerst moeten alle vervaardigers in kaart worden gebracht en hun rol gespecificeerd. Het moge duidelijk zijn dat dit voor een schilderij makkelijker te bepalen is dan voor een prent, waar immers een ontwerper, graveur, etser of lithograaf aan werken, voordat de prent naar de drukker en uitgever gaat. Vrouwen spelen een rol op al deze niveaus, en het is van belang hun bijdrage in kaart te brengen.

Nieuwe vragen stellen we ook als het gaat om de tweede deel van het onderzoek: de verhalen over de vrouwen die met onze objecten verbonden zijn, bijvoorbeeld als afgebeelde of als opdrachtgever. In het kader daarvan werken we samen met dr. Judith Noorman van de Universiteit van Amsterdam, die in haar project ‘The Female Impact’ met een nieuwe blik kijkt naar de bijdrage van vrouwen in het 17de-eeuwse verzamelwezen. Met haar bedachten we de werkgroep ‘De vrouw van’, en vroegen aan studenten om gegevens te achterhalen over vrouwen op pendantportretten waarbij alleen de identiteit van de man bekend was. Soms was er een naam beschikbaar, waardoor genealogisch onderzoek mogelijk was, soms een maatschappelijke positie, zoals bijvoorbeeld die van de admiraals- of brouwersvrouwen. In korte tijd leverde dit waardevolle bijdragen op.

Op deze weg voortgaand hopen we meer te kunnen vertellen over bijvoorbeeld Haesje Jacobsdr van Cleyburg, geschilderd door Rembrandt, wier portret bij het honderdjarig jubileum van het Rijksmuseumgebouw verworven werd met steun van de Vereniging Rembrandt. Nu staat zij slechts vermeld als echtgenote van een Rotterdamse bierbrouwer, maar door onderzoek van Femke Valkhoff naar Maritge Vooght, eveneens uit een bierbrouwersgeslacht, weten we nu dat dit veel meer behelsde dan slechts ‘de vrouw van’ te zijn.[2] En ook over Catharina van der Voort, op het prachtige portret van Abraham van den Tempel, is vast meer te vertellen dan alleen iets over haar prachtige kleding. Getrouwd met Pieter de la Court, belangrijk lakenkoopman, spraakmakend politicus en dichter, zal haar leven uit meer hebben bestaan dan het aantrekken van mooie japonnen. Zo verdienen vele geportretteerden een beter verhaal.

Rembrandt Portret van Haesje Jacobsdr van Cleyburg

Rembrandt, Portret van Haesje Jacobsdr van Cleyburg, 1634 | olieverf op paneel, 68,6 x 53,4 cm | Rijksmuseum, Amsterdam | gesteunde aankoop uit 1985

De Andere Helft

Bij de derde pijler worden de bijdragen onderzocht van vrouwelijke medewerkers in het verleden en die van vrouwelijke schenkers. Het onderzoek naar de medewerksters van het Rijksmuseum wordt uitgevoerd door dr. Rachel Esner van de Universiteit van Amsterdam en valt onder het platform De Andere Helft, een samenwerking opgericht door het Rijksmuseum, de Universiteit van Amsterdam, het RKD/Nederlands Instituut voor kunstgeschiedenis, Stedelijk Museum Amsterdam en Museum Boijmans Van Beuningen. De Andere Helft richt zich op alle vrouwen die de kunstmarkt bevolken, maar geen vervaardiger zijn. Denk daarbij aan critici, conservatoren, kunsthandelaren, modellen en verzamelaars. De te onderzoeken periode is ca. 1780-1980, vanaf de oprichting van Teylers Museum tot aan de jaren tachtig van de 20ste eeuw, toen museumdirecteuren Liesbeth Brandt Corstius en Josine de Bruyn Kops op grote schaal museale aankopen van vrouwelijke kunstenaars deden.

Een belangrijke groep binnen het project zijn de vrouwelijke schenkers aan het openbaar kunstbezit, de zogenaamde Collectie Nederland. Hun namen gaan echter vaak schuil achter de handtekening van hun echtgenoot, omdat vrouwen tot 1957 handelingsonbekwaam waren en geen rechtsgeldige handtekening hadden. De Andere Helft probeert hen en hun schenkingen uit de archieven op te duiken. Dit is een nauwelijks ontgonnen onderzoeksterrein en zou een mooie kans kunnen bieden aan jonge onderzoekers. Museummedewerkers ontbreekt het vaak aan tijd voor zulk onderzoek. Desondanks hebben zich inmiddels zo’n twintig Nederlandse kunstmusea aangesloten die meer willen weten over het aandeel van vrouwen in hun eigen geschiedenis. Wanneer al deze informatie in de databases van het RKD wordt ingevoerd, is de informatie voor iedereen online toegankelijk. Een van de voorzichtige eerste conclusies van deze kennisuitwisseling is dat vrouwen vaker aan meer instellingen schonken en zo hun erfgoed verdeelden. Helene Kröller-Muller, Anna Singer en Henriëtte Polak zouden wel eens de uitzondering op die regel kunnen zijn.

Ook netwerken worden onderzocht. Binnen de sectie De Andere Helft van de Onderzoeksschool Kunstgeschiedenis doet promovendus Mariëlle Ekkelenkamp aan de UvA onderzoek naar de deelname van vrouwen aan verzamelaars- en schenkersnetwerken. Haar eerste deelonderzoek richt zich op de vrouwen die lid waren van de Vereniging Rembrandt.

Vervaardigers, geportretteerden, opdrachtgevers, museumprofessionals en schenkers: de kunstwereld wordt, meer dan sommige andere circuits, bevolkt door vrouwen. Nu is het tijd dat blijvend zichtbaar te maken.

Jenny Reynaerts is senior conservator in het Rijksmuseum en voorzitter van de projectgroep 'Vrouwen van het Rijksmuseum'


Noten

[1] Dit project wordt mede mogelijk gemaakt door het Susi Zijderveld Fonds, het Familie Krouwels Fonds, het Machteld Vos & Willem Sijthoff Fonds, het Heleen Dura- van Oord Fonds, het Kind Courage Monique Maarsen Fonds en het ‘Vrouwen van het Rijksmuseum’ Fonds.

[2] F. Valkhoff, ‘“Vrouwen die brouwen”: The Life and Work of Maritge Claesdr Vooght’, The Rijksmuseum Bulletin 71 (2023), nr. 1 (themanummer Vrouwen), pp. 32-41.

Bekijk ook

Een kijkje in het vroege werk van Jan Voerman

Een kijkje in het vroege werk van Jan Voerman
Artikel Bulletin Vereniging Rembrandt Afbeelding 03 Bijgesneden