Van Gogh voor Het Noordbrabants Museum
Een Brabantse boerendochter, geschilderd door Vincent van Gogh, logeerde al een paar maanden in Het Noordbrabants Museum. Ze was er uitstekend op haar plek. Kon het schilderij blijven? Het museum wilde niets liever, en gelukkig bleken heel veel anderen - fondsen én particulieren - die mening te delen. Met vereende krachten is het museum erin geslaagd om het schilderij te kopen van de Britse eigenaar.
Eeuwig mooi
Van Gogh maakte het schilderij rond het voorjaar van 1885. Hij verbleef toen bij zijn ouders in het Brabantse Nuenen. In de winter was het hem opgevallen dat de boeren meer genegen waren te poseren, omdat er geen werk was op het land. Vooral de vrouwen met hun mutsen schilderde hij graag: 'die vrouwenkoppen van hier met de witte mutsen – het is moeielijk – maar het is zoo eeuwig mooi.' schreef hij aan een vriend. In die periode werkte hij aan een hele serie met boerenkoppen. Sommige modellen waren bereid meermaals te poseren. Een van hen was Gordina de Groot (1855-1927), een leeftijdsgenoot van de kunstenaar. Hij maakte meerdere studies van Gordina en liet haar ook terugkeren op De aardappeleters. In het nu aangekochte schilderij heeft hij haar gezicht nauwgezet geschilderd; in de muts - en vooral in de zijkanten ervan - is de toets opvallend vrij.
Bij de lui aan huis
Gordina werd niet alleen meermaals geschilderd door Van Gogh, zij - of beter gezegd: haar situatie - maakte ook indruk op hem. Twee jaar later schreef hij vanuit Parijs aan zijn zus Willemien dat hij graag wilde weten hoe het met de familie De Groot ging, in het bijzonder met dochter Gordina. Was haar kind nog in leven? Van Gogh was zelf betrokken geweest bij de controverse rondom de zwangerschap. Toen in 1885 bleek dat de ongetrouwde Gordina zwanger was, ging in Nuenen het verhaal rond dat Van Gogh ermee te maken had, omdat ze voor hem had geposeerd. 'Men zag er mij op aan hoewel ik het niet was.' schreef hij aan zijn broer Theo, en dat zulke zaken niet hielpen bij het werken: 'Gij ziet dat het niet makkelijk is om bij de lui aan huis te schilderen en in hun eigen gedoente te teekenen.'
Vol en Millet-achtig
Dat Van Gogh twee jaar later nog aan Gordina dacht, getuigt van een band of in elk geval van enige genegenheid. Het is niet moeilijk dat voor je te zien, hoe een connectie kan ontstaan tussen de kunstenaar en een model, al is het maar voor heel even. De Amerikaanse portrettist Alice Neel stelde haar sitters op hun gemak door ze de oren van het hoofd te kletsen, de meest onwaarschijnlijke mensen bleken bereid hun kleren uit te trekken. Maar Van Gogh was een heel ander type kunstenaar. De schilderijen die hij van Gordina en van andere Brabanders maakte zijn eigenlijk ook geen portretten, maar studiekoppen. Het gaat in die werken niet om de persoonlijkheid van het model, maar om het gezicht, dat het liefst moest beantwoorden aan het 'oud Brabantsch[e]' type dat hem als kunstenaar interesseerde: 'ruwe, platte gezichten met laag voorhoofd en dikke lippen, niet dat scherpe, maar vol en Millet-achtig.'
In 's-Hertogenbosch
Het Noordbrabants Museum vertelt over Vincent van Goghs tijd in Brabant, en bezat al een aantal werken uit deze periode, waaronder de Collse watermolen. Door de hoge kwaliteit van deze trefzeker geschilderde studiekop wordt de Van Gogh-collectie van het museum nu naar een nieuwe hoogte getild. Het schilderij krijgt een prominente plaats in de vernieuwde Van Gogh-presentatie die in 2026 zal openen. Ook voor het Nederlands openbaar kunstbezit, waarin zich al twee andere studies van Gordina bevonden (in het Van Gogh Museum en het Kröller-Müller Museum) is de aanwinst van toegevoegde waarde, want het maken van meerdere versies van een voorstelling is een karakteristiek kenmerk van Van Goghs kunstenaarschap.
Met dank aan
Aangekocht in 2024 met steun van de Vereniging Rembrandt (mede dankzij haar H.E.J. Mirandolle Fonds, haar Fonds van de Utrecht & Gooi Cirkel, haar Jheronimus Fonds en een bijzondere schenking van de Debman Stichting), het Museaal Aankoopfonds, het Mondriaan Fonds, Stichting Ambacht en Cultuur, de VriendenLoterij en de Vrienden van Het Noordbrabants Museum.