Meleager en Atalanta
ca. 1593-1600 François Spiering (atelier van; vervaardiger), Karel van Mander l (ontwerp) Rijksmuseum
- Kunstenaars
-
François Spiering (atelier van; vervaardiger) (1551 - 1630)
Karel van Mander l (ontwerp) (1548 - 1606)
- Datering
- ca. 1593-1600
- Techniek
- Wol en zijde op wollen inslag
- Afmetingen
- 360 x 470 cm
- Museum
- Rijksmuseum
- Verzamelgebied
- Middeleeuwen en Renaissance, Toegepaste kunst en Design
- Periode
- 1500-1600
- Gesteund in
- 2007
- Herkomst
- Veiling Tajan, Parijs, 13 november 2006; Rijksmuseum, Amsterdam, inv. nr. BK-2006-77
Beschrijving
Een gedegen kennis van de Metamorfosen wordt bij de kijker verondersteld om de voorstellingen op de wandtapijten te duiden. Die was in de tijd van hun vervaardiging in brede kring aanwezig, getuige de vele schilderijen en prenten die op Ovidius’ meesterwerk zijn gebaseerd. Het verhaal dat wordt uitgebeeld op het derde wandtapijt gaat om Meleager en Atalanta, verteld in boek VIII. De twee hoofdpersonen worden links op de voorgrond gepresenteerd. De jageres rechts die koel haar blik op ons richt, is waarschijnlijk Diana. Zij had een reusachtig everzwijn op de stad Calydon afgestuurd, omdat Oeneus, de vader van Meleager, zijn rijke jaaroogst niet aan haar maar aan Ceres en Bacchus had gewijd. In het midden en op de achtergrond is de jacht op het zwijn in volle gang. Atalanta en Meleager zouden het beest samen verslaan. Linksachter is het beest tenslotte geveld, de kop is van de romp gescheiden. Het gruwelijke vervolg is slechts ten dele uitgebeeld en bovendien in het verre verschiet. Na een twist met zijn ooms die ook aan de jacht hadden deelgenomen, doodt Meleager hen. Dat is voor de nauwkeurige beschouwer nog te zien. Maar de dood van Meleager door toedoen van zijn moeder, haar zelfmoord en de gedaanteverandering van zijn zusters in korhoenders zijn achterwege gelaten.
Waarom gesteund
De Utrechtse humanist en kunstliefhebber Arend van Buchell noteerde in 1598 in zijn dagboek, naar aanleiding van een bezoek aan het atelier van de in Delft gevestigde wever François Spiering (1549-1631), dat deze voor zijn wandtapijten vooral gebruik maakte van de ontwerpen van Karel van Mander I (1548-1606). Hun samenwerking heeft geresulteerd in tenminste drie schitterende reeksen wandtapijten, die de absolute top vormen van de Nederlandse tapijtkunst. Van de 125 wandtapijten waarover het Rijksmuseum tot 2006 beschikte, waren er 25 afkomstig uit Nederland. Drie daarvan kwamen uit het atelier van François Spiering met voorstellingen naar verhalen uit de Metamofosen. Een lang gekoesterde wens om meer wandtapijten uit deze serie te verwerven ging in vervulling toen eind 2006 nog drie exemplaren op een Parijse veiling konden worden aangekocht.
Met dank aan
Aangekocht met steun van de Vereniging Rembrandt, het Prins Bernhard Cultuurfonds en de BankGiro Loterij
Vragen
Valt je iets op? Of heb je extra informatie over dit object? Laat het ons weten!